Category

Omgaan met mensen

Als je liegt, doe het goed

By Omgaan met mensen
Of we willen of niet, de mens is nu eenmaal een liegbeest.

Misschien zijn er ook wel andere dieren die het kunnen, maar het is duidelijk dat de mens bijzonder goed kan liegen. Ieder mens liegt wel eens. Meestal trouwens niet om anderen kwaad te doen, maar juist om aardig te zijn. Liegen is in de eerste plaats een sociaal smeermiddel.

Daarom is het belangrijk om, als je dan toch liegt, goed te liegen. Dat geldt voor veel dingen, zou je misschien zeggen. Maar dat is niet zo.

Sterker nog, voor de meeste dingen geldt juist dat het al leuk is dat je het überhaupt probeert. Het zal je waarschijnlijk nooit lukken om de straat helemaal schoon te houden, maar zo hier en daar een troepje opruimen dat je tegenkomt, is al heel wat. Als iedereen dat zou doen, zal de straat er veel gezelliger uitzien. Hoe het ook zij, voor liegen geldt dat dus niet. Dat moet je echt goed doen.

Kijk eens naar het volgende voorbeeld. ‘Ik kan helaas niet komen op je feestje, want ik ben niet zo lekker’, appte een vriend mij. Toen ik hem een paar dagen later tegenkwam, vroeg ik hem of hij al weer beter was. Eerst begreep hij niet wat ik bedoelde, en toen lachte hij een beetje en zei: ‘Ja, van de ziekte van geen zin.’

Ik was beledigd. Ik vermoedde al wel dat hij misschien niet echt ziek was geweest, maar ik wist het niet zeker. En nu gaf hij toe dat hij geen zin had gehad in mijn feestje. Wellicht was hij een beetje moe en had hij daarom niet zo’n zin. Een beetje moe zijn is ook niet zo lekker zijn. Dus dat is prima, maar dan moet je wel je standpunt vasthouden en niet zeggen dat je ‘de ziekte van geen zin’ had.

Wanneer je liegt om de ander niet te kwetsen, dan heb je de ethische plicht om het goed te doen, anders kwets je mensen juist. Als hij echt een goede vriend was geweest, dan was hij of gekomen, of hij had beter zijn best gedaan om de leugen voor me verborgen te houden.

Het betekent dus, dat wanneer je eenmaal hebt gelogen – en dat moet zo af en toe in het sociale verkeer – dat je die leugen goed moet volhouden. Juist uit ethische overwegingen.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van Buro Fludo.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

 

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Waarom ik graag Lous Haasdijk wilde zijn

By Omgaan met mensen
De ijdelheidsparadox

Een lezer van de nieuwsbrief wees mij erop dat er op sociale media veel berichten te vinden zijn van mensen die bijzonder extrovert vertellen over hoe introvert ze zijn. Dat klinkt tamelijk paradoxaal. Ik denk dat deze paradox iets te maken heeft met onze angst om voor ijdel uitgemaakt te worden. Over ijdelheid schreef ik ooit het boek Zie mij. Filosofie van de ijdelheid. En daarin heb ik het ook over deze paradox. Ik heb daar zelf namelijk ook last van.

Als kind keek ik graag naar Babbelonië. Dat was begin jaren tachtig een erg populair televisieprogramma. Ik was vooral geïnteresseerd in de persoon van Lous Haasdijk. Ze behoorde samen met Jos Brink en Willem Duys tot het vaste panel. Tegenover hen zaten steeds wisselende mensen die een woord moesten raden waar een van de vaste panelleden een omschrijving van gaf. Pim Jacobs was de presentator.

Van Jos Brink wist ik dat hij kon zingen en aan cabaret deed, Willem Duys had een radioprogramma, Pim Jacobs was jazzpianist, maar waaraan verdiende Lous Haasdijk een plek in het populairste programma van dat moment? Ik vroeg het mijn ouders en andere mensen, maar niemand wist het. Iedereen kende haar alleen van Babbelonië.

Een kennis van mijn ouders vroeg een keer wat ik later wilde worden. Ik antwoordde: ‘Lous Haasdijk.’ De man keek me verbaasd aan en vroeg: ‘Waarom?’ ‘Nou,’ antwoordde ik, ‘ze kan helemaal niets, ze kan niet dansen of zingen, maar ze is toch twee keer per week op televisie.’ De kennis moest hard lachen. Ik voelde me belachelijk.

Zo ontdekte ik dat je er beter niet voor uit kunt komen dat je ijdel bent en graag op televisie wilt verschijnen. Ik veranderde van strategie. Ik zei voortaan dat ik acteur wilde worden of kunstschilder. Dan was er niets aan de hand. Ik vertelde er natuurlijk niet bij dat ik hoopte daar bekend mee te worden en zo uiteindelijk toch een vaste plek te krijgen in Babbelonië.

Het komt er dus op neer dat je niet moet laten blijken dat je graag in de belangstelling staat en goed overkomt op andere mensen. Het beste kun je doen alsof het oordeel van anderen er eigenlijk helemaal niet toe doet.

Maar goed, tegelijkertijd zijn wij natuurlijk sociale dieren. We zijn in staat om ons in te leven in de positie van de ander en na te denken over hoe die ander over ons denkt. En aangezien we die ander ook nodig hebben, willen we graag dat die een beetje positief over ons denkt.

Zie daar de lastige poradox waar we inzitten: je hebt behoefte aan aandacht maar je mag dat niet laten merken. En tja, dan kom je dus op dit soort oplossingen: je vertelt heel extrovert over hoe introvert je eigenlijk bent.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Summer of Soul

By Omgaan met mensen
Het vergeten festival

Afgelopen week zag ik de muziekdocumentaire Summer of Soul. In de zomer van 1969 was er in de New Yorkse wijk Harlem, gelijktijdig met Woodstock een ander muziekfestival. Een festival dat we niet kennen, maar dat minstens zo legendarisch was: The Harlem Cultural Festival. Er speelden ongelooflijk veel onvoorstelbaar goede musici: Nina Simone, Sly and the family stone, Stevie Wonder, B.B. King, Mahalia Jackson, Gladys Knight en nog vele anderen.

Dit festival vond plaats in een roerige tijd. Er waren in de jaren ervoor vele voorvechters van gelijke rechten voor zwarte mensen vermoord: Martin Luther King, Malcolm X, John F. Kennedy, Robert Kennedy. Het was een tijd van protesten en opstanden. Veel zwarten hadden genoeg van hun stelselmatige achterstelling, het onevenredige geweld dat ze van de politie te verduren hadden en de armoede die er was binnen hun gemeenschap.

Op het Harlem Cultural Festival traden voornamelijk zwarte artiesten op en ook het publiek was overwegend zwart. En juist daardoor was het festival voor veel aanwezigen een keerpunt in hun leven. Dit hadden ze nog niet eerder meegemaakt. ‘Young, gifted and black’, zong Nina Simone. Het idee van black pride kreeg een boost.

Je zou verwachten dat de filmbeelden die van dit festival gemaakt werden alleen al door de stoet aan geweldige artiesten die er optraden een weg zouden vinden naar een groot publiek en in ieders geheugen gegrift zouden staan. Beelden van hoe Stevie Wonder tekeer gaat op zijn keyboard en zijn drumstel, van de waanzinnige show van Sly and the family stone en van de danspasjes van The Pips, de achtergrondzangers van Gladys Night. Toch konden de makers het filmmateriaal nergens kwijt.

Waarom niet? Omdat productiemaatschappijen een film over zwarte artiesten niet aandurfden. En mmdat alles om dat andere festival draaide: Woodstock. Dat zou uitgroeien, zeker ook door de film die ervan gemaakt was, tot het icoon van de vernieuwing in de muziek en ook nog eens van de protestgeneratie. The Harlem Cultural Festival zou in de vergetelheid raken.

Dat is extra tragisch als je bedenkt dat veel van de ellende waarvan in die tijd sprake was, nog steeds speelt. Al is het feit dat die oude beelden nu alsnog de weg naar de bioscoop hebben gevonden, misschien toch een teken dat er dit keer wel iets veranderd is. De Woodstockfilm verbleekt bij deze prachtige, ontroerende muziekdocumentaire, die over zoveel meer gaat dan muziek alleen.

Klik hier voor de link naar de trailer

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Hoe kunst kan helpen om een held te zijn

By Omgaan met mensen
Zonder betovering verliest het leven zijn glans

Als je aan het heelal vraagt wat de zin van het leven is, is een doodse stilte het antwoord. Volgens de Franse schrijver en filosoof Albert Camus (1913-1960) moeten we accepteren dat we de zin van het leven nooit zullen kennen. Als je erkent dat het leven geen zin heeft, maar toch probeert om de wereld beter te maken, dan ben je volgens Camus een Absurde Held.

Ik kan wel meegaan in Camus’ gedachte dat het belangrijk is om te erkennen dat we de zin van het leven nooit zullen leren kennen. Het kan namelijk gevaarlijk zijn om te beweren dat je de zin van het leven kent. Veel religieuze stromingen hebben dat gedaan. ‘Als je nu aan de regels houdt kom je in de hemel’. En uit naam van die religies zijn gruwelijke oorlogen gevoerd.

Toch denk ik dat ik depressief zou worden als ik niet af en toe kleine zinnetjes zou maken waar ik stiekem een klein beetje in geloof. Het goede nieuws is: wij mensen zijn heel goed in staat om het leven een beetje zin te geven en toch niet in die val van een religie te trappen. We kunnen namelijk ons leven betoveren.

Verhalen van films en boeken nemen ons mee in andere sferen die we vervolgens op onze eigen wereld plakken. Maar misschien zit het ook wel in de filters van Instagram die de gebeurtenissen uit ons leven letterlijk kleuren, waardoor we ons leven zelf ook kleuren en glans geven.

Oscar Wilde schreef dat het leven de kunst imiteert. En dat gebeurt ook vaak. De impressionistische schilders met hun oog voor hoe het licht viel, hebben ons anders naar de werkelijkheid laten kijken. Opeens zagen we het licht van hun schilderijen ook in het echt. Dat is wat een kunstwerk doet, ons een andere blik op de wereld geven. Dingen die eerst normaal waren, worden opeens bijzonder.

Misschien heeft Camus gelijk en moeten we ons best doen om een absurde held te worden, maar ik denk dat die absurde held zwaar depressief wordt als hij of zij elke betovering van de wereld schuwt. Kunst is juist in staat om de wereld te betoveren zonder dat we het verhaalachtige ervan vergeten.

Als we naar een film gaan weten we allemaal dat het nep is – dat het acteurs zijn, dat het verhaal door iemand geschreven is, dat die muziek in het echt niet klinkt als je elkaar kust – en toch gaan we erin mee. Als we vervolgens uit de bioscoop stappen, kleurt die film nog een tijdje ons leven. Dat is de noodzakelijke betovering die we nodig hebben om het leven aan te kunnen en dus een held te zijn.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van Buro Fludo.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

 

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer Buro Fludo?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Het keurslijf van (seriële) monogamie, deel 2

By Omgaan met mensen
Toekomstseks

Een paar jaar geleden interviewde ik de Amerikaanse onderzoeksjournalist Emily Witt over haar boek Future Sex, waarin zij haar zoektocht beschrijft naar andere vormen van seksuele verhoudingen en liefdesrelaties. Ze begon dat onderzoek, omdat zij zonder er bij na te denken aan seriële monogamie deed in de hoop uiteindelijk de ware te ontdekken, maar die kwam niet en dat zette haar aan het denken over de veronderstellingen van relaties.

Door andere voorkeuren en andere relatievormen te onderzoeken, ontdekte ze dat het wel heel toevallig was dat haar verlangens, of wat ze altijd dacht dat haar verlangens waren, precies overeenkwamen met wat binnen haar culturele achtergrond geaccepteerd was.

Ze dacht bijvoorbeeld dat het kijken naar porno niet echt iets voor haar was. Maar toen ze zich er in begon te verdiepen, bleek het haar wel iets te doen. Ze was ook niet geïnteresseerd in open verhoudingen of polyamoureuze relaties. Ze accepteerde wel dat andere mensen dergelijke dingen wilden, ze dacht alleen stiekem dat die mensen vooral naïef of zelfdestructief waren.

De geijkte relatie is de weg van de minste weerstand. En daar is niets mis mee. Maar zij heeft ook nadelen. Relatiedeskundige Esther Perel benadrukt dat we wel erg veel uit een persoon willen halen: liefde, geborgenheid, opwindende seks, zakelijke samenwerking (het bestieren van een huishouden), humor, intellectuele bevredigende gesprekken, ga zo maar door. Zou het daarom niet makkelijker zijn om die verschillende dingen uit verschillende personen te halen?

Dat is de vraag. Een van de beroemdste open relaties in de geschiedenis van de filosofie is die tussen Simone de Beauvoir en Jean-Paul Sartre. Ze hadden een contract met elkaar afgesloten waarin stond dat ze niet elkaars bezit waren en ook andere relaties mochten hebben.

Ze waren een voorbeeld voor veel mensen, maar toen na de dood van De Beauvoir hun brieven werden uitgegeven, was menigeen teleurgesteld. Al die openheid bleek toch wel gepaard te zijn gegaan met een hoop ellende en venijn.

Misschien was die openheid zelfs ver te zoeken. Toen ik ooit Olivier Todd interviewde, een Franse intellectueel die tot de inner circle van De Beauvoir en Sartre had behoord, vertelde hij dat Sartre hem eens zei dat hij tegen al zijn vrouwen had gelogen. ‘Ook tegen De Beauvoir,’ vroeg Todd. ‘Juist, tegen haar,’ was het antwoord van Sartre.

Maar goed, uit de verschillende biografieën die ik heb gelezen over zowel De Beauvoir als Sartre, maak ik op dat ze een mooie en bijzondere verhouding hadden, waarin naast hun liefde voor elkaar ook andere liefdes konden bestaan.

Daarbij komt dat de meeste monogame relaties ook niet altijd koek en ei zijn. En als dat wel zo is, dan zijn ze waarschijnlijk nogal saai. Omgaan met mensen, of het nu je vrienden of je geliefden zijn, is hoe dan ook niet makkelijk en vereist voortdurend onderhoud.

En dat is ook wat Emily Witt in haar zoektocht ontdekte. Ze ontmoette veel mensen die andere relatievormen uitprobeerden dan de geijkte. Het lukte ze om er vormen voor te vinden die werken: door afspraken te maken, binnen die afspraken te experimenteren, de afspraken weer bij te stellen, ga zo maar door.

En ik ben het met haar eens wanneer ze benadrukt dat het belangrijk is dat die nieuwe liefdesverhalen verteld worden. Zo kun je laten zien dat het gewone gezin niet de enige mogelijkheid is. En daarmee wordt het nieuwe verhaal ook een politiek verhaal. Je kunt niet zomaar al je veronderstellingen overboord gooien en helemaal vrij zijn. Je hebt nieuwe voorbeelden nodig die helpen om je verwachtingen bij te stellen, waardoor andere relatievormen een reële mogelijkheid worden.

Over de foto: Simone de Beauvoir met filmmaker Claude Lanzmann. Met Sartre woonde De Beauvoir nooit samen, dat deed ze wel met de 17 jaar jongere Lanzmann.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Het keurslijf van (seriële) monogamie, deel 1

By Omgaan met mensen
De vadertante of de moederoom

Toen in 1974 het VARA-programma Open & Bloot op televisie kwam, was ik daar nog een beetje jong voor. Maar later heb ik sketches uit het programma gezien. Ik herinner me een lied waarin werd aangeraden om al jong de liefde te ontdekken en het met verschillende mensen uit te proberen, zodat je kunt uitvinden wie echt goed bij je past.

Dat was in die tijd uiteraard een belangrijke boodschap. Zelfs in de jaren 80, toen ik op de middelbare school zat, waren er nog kinderen die van hun ouders geen seks voor het huwelijk mochten.

De veronderstelling achter de sketch van het programma – je probeert wat mensen uit om zo uiteindelijk degene tegen te komen met wie je voor de rest van je leven in een monogame relatie verder gaat – is nu heel gewoon. Zo doen de meeste het van ons.

Dat blijkt ook uit de statistieken die Rik van Lunsen en Ellen Laan er in hun boek Seks. Een leven lang leren, bij halen. Er is de laatste dertig jaar niet zo gek veel veranderd als het om de seksuele moraal gaat.

Mensen hebben ten opzichte van de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw weliswaar in hun leven meer relaties en meer sekspartners, maar die hebben ze niet tegelijkertijd. Er is sprake van ‘seriële monogamie’: wij proberen verschillende monogame relaties uit om te kijken of het met die persoon werkt.

We gaan dus nog steeds uit van het kerngezin, van het huwelijk (of iets wat daar sterk op lijkt als het samenlevingscontract) tussen man en vrouw (en misschien ook steeds meer tussen man en man of vrouw en vrouw) als hoeksteen van de samenleving.

Dat onze relatieveronderstellingen niet universeel zijn, drong pas goed tot me door toen ik samen met mijn broer Maarten een reis door Afrika maakte. In Burkina Faso leerden we Cosmos kennen. Hij nam ons mee naar zijn familie en stelde ons aan meerdere vrouwen voor die hij allemaal zijn moeder noemde.

We waren uiteraard verbaasd. Wij hadden slechts één moeder. Cosmos vertelde dat er in het Frans weliswaar maar een woord voor moeder is, maar dat er in het Mossi, de taal van zijn streek, meerdere woorden zijn die een moederachtige relatie beschrijven. Veel van die woorden verwijzen naar een relatie die ergens tussen die met een moeder en met een tante inzit.

Ik bedacht me wat een voordelen dat moest hebben. Wanneer je toevallig niet zulke leuke ouders hebt, of je ouders overlijden, kun je als kind altijd uitwijken naar je tantemoeder, oomvader, moedertante, vaderoom, tantevader, vadertante, oommoeder, moederoom, tanteoom of oomtante.

Maar goed, wij, hier in het Westen, zitten erg vast aan het kerngezin: moeder, vader, kinderen. Daar is alles op gebaseerd, van de hypotheek voor je huis, de maten van matrassen, tot de wegenwachtpas van de ANWB. Slechts twee mensen kunnen met elkaar trouwen. Als je aan het begin van je relatie geen expliciete afspraken maakt over hoe je het anders wil doen, neem je stilzwijgend de gangbare veronderstellingen als uitgangspunt.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Verliefd

By Omgaan met mensen
Op het verleden

Aznavour, le regard de Charles, de blik van Charles Aznavour is een prachtige film die is samengesteld uit het materiaal dat de beroemde Franse zanger zelf heeft geschoten tijdens zijn leven. Vanaf het begin van zijn carrière heeft hij altijd gefilmd en zo zijn eigen leven vastgelegd.

Onder die beelden is een stem gezet die vanuit het perspectief van Aznavour over zijn leven vertelt. Soms hoor je een lied van Aznavour. Slechts af en toe zijn er beelden toegevoegd die hij niet zelf heeft geschoten, waardoor de kleine intrigerende man even in beeld komt.

Die stem eronder is zo nu en dan wat al te filosofisch, zoals bij de overpeinzingen over zien en gezien worden. Dat levert uitspraken op als je film donc je suis, ik film dus ik ben. Maar ik had geen zin om me daar aan te ergeren. Ik wilde me laten meeslepen door de nostalgische beelden en de melancholieke muziek van Aznavour.

Dat was niet moeilijk. Bijna al zijn liedjes gaan over de verloren tijd, zoals Yesterday when I was Young, of La Bohème. Tegelijkertijd zie je die verloren tijd aan je voorbij trekken door de beelden van Parijs, van de Côte d’Azur en van zijn vele reizen, naar Macao, Armenië, Rusland ga zo maar door. Die combinatie werkt perfect. De film is vaak in zwart-wit, of in groezelige kleuren. En juist die uit de hand gefilmde en niet altijd even scherpe beelden versterken het nostalgische sentiment.

Ze gaan over een tijd die er niet meer is. En dat is tragisch. Voor een deel was dat mijn eigen tijd. De jaren 70. De tijd dat ik samen met mijn ouders en mijn broers op vakantie ging in ons busje, en mijn vader, die leraar Frans is, chansons draaide, ook die van Aznavour natuurlijk. En door de film voelde ik de heimwee naar de jaren van mijn onbezorgde jeugd in een onbezorgde wereld.

Onwillekeurig moest ik denken aan de film Midnight in Paris van Woody Allen. De hoofdrolspeler is schrijver en helemaal weg van de jaren 20. Hij ontdekt dat hij naar die tijd kan reizen door om 12 uur ’s nachts in een oude auto te stappen die hem naar het Parijs van de jaren 20 brengt. Hij ontmoet daar alle grote kunstenaars, zoals Ernest Hemingway, Gertrude Stein, Luis Buñuel.

En hij wordt er verliefd. Elke avond gaat hij weer naar die tijd terug om zijn geliefde te ontmoeten. Hij zwerft met haar door Parijs. Plots komt er een koets voorrijden. Ze stappen in en worden samen naar het fin de siècle gebracht. Zij is in alle staten, dat is namelijk haar favoriete tijd. Voor haar zijn de jaren 20 maar gewoontjes. Ze wil blijven. Maar hij wil weer terug naar de jaren 20.

En dat is waarschijnlijk het ware tragische van die voorbije tijd. Je ervaart niet alleen dat die nooit meer terugkomt, maar vooral ook dat je alleen in staat bent om werkelijk te genieten van momenten die al voorbij zijn. Het is ongelooflijk moeilijk om het nu te waarderen en de schoonheid in je eigen tijd te zien zoals je die in het verleden ziet. Daarin ben ik maar een enkele keer geslaagd. Misschien lukt het eigenlijk alleen als je verliefd bent.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Het verschil tussen man en vrouw

By Omgaan met mensen
Deel 2

In HP/De Tijd van 14 juli schrijft Jan Kuitenbrouwer over een sauna voor vrouwen in Los Angeles. Er zitten een paar vrouwen in hun blootje en er komt een vrouw binnen met een handdoek om. Als ze haar handdoek afdoet, blijkt ze een penis te hebben.

De vrouwen zonder penis schrikken ervan en dienen een klacht in bij de directie. Maar daar krijgen ze te horen dat dit het nieuwe beleid is. Mensen die zich vrouw voelen, mogen ook bij de vrouwen zitten. Daar laten de vrouwen zonder penis het niet bij zitten. Ze organiseren een demonstratie bij de ingang van de sauna. Er komt ook een tegendemonstratie. Die bestaat uit agressieve mensen met zwarte maskers die de demonstrerende vrouwen met pepperspray in een hoek werken.

Kuitenbrouwer is verbolgen over deze tegendemonstratie. Nu heb ik de laatste tijd best vaak stukken gelezen van verbolgen mensen vanwege de agressieve opstelling van strijders voor lhbt-rechten. En ik ben het met de schrijvers eens. Geweld tegen mensen die een andere opvatting hebben is op geen enkele manier goed te praten. Maar soms wordt vergeten dat deze schreeuwlelijken slechts een kleine minderheid vormen. En hun vervelende daden moeten niet gebruikt worden om niet naar de argumenten te hoeven luisteren van minder agressieve types.

Zoals ik in mijn boek Waarom we de wereld niet rond kunnen krijgen probeer te laten zien, werken categorieën altijd ook uitsluitend. Dat kan niet anders. Er zijn altijd mensen, niet-menselijke dieren of dingen die buiten de boot vallen. Tegelijkertijd kunnen we niet zonder categorieën. Ze geven ons houvast. Dat is het lastige. We zitten dus in een spagaat. En dat is soms pijnlijk. Maar het is niet anders.

Een van de manieren om daar mee om te gaan is erover te praten met elkaar. Zo verdiep je je in elkaars perspectieven en kun je vragen bespreken als: Hoe kunnen we de uitwassen van de huidige categorieën proberen tegen te gaan? Hoe krijg je toegang tot een bepaalde categorie? Moeten er nieuwe categorieën bij komen? En welke zouden dat moeten zijn? Wat zouden de uitwassen kunnen zijn van de nieuwe categorieën?

Het is alleen jammer dat er zoveel aandacht gaat naar een paar grote schreeuwers, overigens aan beide kanten van het debat, want ondertussen is die discussie volop gaande. Niet zonder effect. De laatste tijd zie je steeds meer transgenders. Vroeger zag je ze bijna nooit in het straatbeeld. Misschien alleen in het nachtleven. Nu werkt er in mijn supermarkt bijvoorbeeld een transgender achter de kassa.

Dat ik er steeds meer zie, komt denk ik niet doordat er steeds meer zijn, maar eerder doordat steeds meer mensen zich zo durven laten zien. En daar zijn allerlei redenen voor te bedenken, maar één ervan is ongetwijfeld die discussie over de categorieën waar ik het net over had.

Ik vind het ontroerend om te zien hoe bij de kassa bijna iedereen zo normaal mogelijk doet tegen de kassière (ik ook). De intentie is er. En het is uiteindelijk natuurlijk ook gewoon een kwestie van oefenen.

Bij de afbeelding: Mensen die niet de kleding dragen die volgens de conventies bij hun geslacht horen zijn door de eeuwen heen vaak vervolgd. Stella en Fanny (Ernest Boulton and Frederick Park) werden in 1870 door de Londense politie gearresteerd en veroordeeld voor samenzwering en het aanzetten tot het plegen van een ‘tegennatuurlijk’ strafbaar feit.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Het verschil tussen man en vrouw

By Omgaan met mensen
Deel 1

Ik schreef in een eerdere blog dat het verschil tussen man en vrouw op z’n minst dubieus is. Er zijn verschillen te noemen, maar toch gelden die niet voor iedere man of iedere vrouw. Sommige mensen hebben wat van het een en wat van het ander. En misschien is het überhaupt al niet correct om te spreken van het een en van het ander en zijn man en vrouw gewoon verouderde categorieën.

Dus, zo was mijn conclusie in die blog, al zouden we op algemene verschillen kunnen komen tussen man en vrouw, dan nog is het niet verstandig om daar te veel op te varen bij opvoeding, indeling van de maatschappij, organisatie van de publieke ruimte, enzovoorts, want dan zijn er heel veel mensen die zich niet thuis voelen in een van de categorieën.

Overboord dus met die man en vrouw? Zo makkelijk is het ook weer niet. Kijk eens naar de sport. Als je daar het verschil tussen man en vrouw afschaft, zullen er in sommige sporten nog maar weinig mensen die wij nu vrouwen noemen aan de top zijn te vinden. Mensen die wij nu mannen noemen hebben nu eenmaal vaak een grotere longinhoud (niet altijd), meer spiermassa (niet altijd), meer testosteron (niet altijd) en ga zo maar door. Toch zijn er wel sporten waarbij je de categorieën man en vrouw overboord zou kunnen gooien: schaken, darten, auto- en motorracen enzovoorts.

Er zijn trouwens ook sporten die wel gemengd zijn, zoals paardrijden en onze prachtige Nederlandse sport korfbal niet te vergeten.

Misschien is het een oplossing om de categorieën man en vrouw te vervangen door categorieën als longinhoud, testosterongehalte, spiermassa, enzovoorts, zoals je nu ook al gewichtsklassen hebt bij bepaalde sporten. Als je dat goed doorvoert zijn er ook geen paralympics meer nodig. Je streeft er immers naar om elke sporter zo te categoriseren dat hij/zij/hen gelijke kansen heeft ten opzichte van de medesporters in die categorie.

Ook de Zuid-Afrikaanse hardloopster Mokgadi Caster Semenya, die drie keer zoveel testosteron aanmaakt als andere vrouwen, zou dan zonder problemen in de juiste categorie opgenomen kunnen worden.

Als je dit systeem echt helemaal perfect zou doorvoeren zou iedere sporter zijn eigen categorie moeten hebben, waarin hij/zij/hen dan dus ook altijd eerste wordt (en ook laatste). Het wedstrijdelement zou wel een beetje zijn charme verliezen.

En zo kom je dus tot de wonderlijke constatering dat de perfecte ordening, waarin elk specifiek geval een eigen plek heeft en volledig op waarde wordt geschat, eigenlijk geen ordening meer is. Dit probleem komt trouwens uitgebreid aan bod in mijn boek: Waarom we de wereld niet rond kunnen krijgen. Pleidooi voor inconsequentie.

Deze onmogelijkheid om een ordening voor alles te maken is trouwens geen argument om dus maar vast te houden aan de bestaande categorieën, maar wel om te beseffen dat categorieën nooit perfect zijn en dat er daarom een voortdurende discussie over gevoerd moet worden.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Echte vrienden

By Omgaan met mensen
Bestaan die?

Als kind verbaasde ik me erover dat er in de boeken die me werden voorgelezen en de verhalen die ik later zelf ging lezen, vaak verheven over vriendschap werd geschreven. En ook toen ik filosofie ging studeren kwam ik die idealisering van de vriend weer tegen. Alle bekende filosofen hadden er over geschreven, de een nog hoogdravender dan de ander. Aristoteles zag de hoogste vorm van vriendschap als een soort morele zielsverwantschap waardoor jij en je vriend eigenlijk één zijn.

Zo had ik mijn vriendschappen toch zelden ervaren. Mijn eigen vriendschappen waren niet zo verheven. Ik vond het vaak ingewikkeld. Vooral van de lagere school herinner ik me nog vriendjes die het ene moment heel aardig waren, maar je vervolgens voor schut zetten als ze zich omringd wisten door stoere jongens. Bij die hoge idealen staken mijn echte vrienden maar schril af. We hadden zelden aan een woord genoeg.

Maar volgens Epicuris was zelfs één woord niet nodig. Omdat je elkaar zo door en door begreep kon je het beste samen zwijgen. Of denk aan de beroemde zin van Michel de Montaigne ‘Omdat hij het was, omdat ik het was.’ Zo omschreef hij zijn ideale vriendschap met Étienne de de la Boétie. Ze pasten gewoon perfect bij elkaar. Bij deze filosofen was de vriend een makker voor wie je werkelijk alles over hebt. Zo iemand ben ik nog nooit tegengekomen. En ik ben het waarschijnlijk zelf ook niet.

Het wonderlijke is dat ik de laatste tijd mijn vriendschappen toch veel meer ben gaan waarderen. Ik verbaas me er vaak over wat een plezier we hebben als ik samen met mijn vrienden aan het wandelen, klussen, sporten, muziek maken, of filosofische teksten aan het lezen ben. Natuurlijk, die vrienden van me zijn toevallig op mijn pad gekomen en ze hebben allemaal wel zo hun mindere kanten, net als ik, maar toch is het fijn dat het mijn vrienden zijn.

Ik begon die herwaardering van de vriendschap iets beter te begrijpen toen ik onlangs het boek Doodgewone vrienden van de huidige Denker des Vaderlands Paul van Tongeren las. In dat boek bespreekt Van Tongeren de geijkte denkers over vriendschap: Plato, Cicero, Aristoteles, Augustinus, Montaigne, Kant en Nietzsche. Inderdaad, allemaal mannen, die het over vriendschap tussen mannen hebben. Maar er begint Van Tongeren iets interessants op te vallen.

Behalve Nietzsche zijn al deze denkers op zoek naar de kern van vriendschap. Ze vragen zich af: wat is de ideale vriend? En daardoor gaat hun denken nooit over concrete, werkelijke vriendschap. Want in het echt bestaat die ideale vriend niet.

Het viel Van Tongeren op dat veel van deze denkers het dan ook over vrienden hadden die waren overleden. Over de doden niets dan goeds. Een dode vriend kun je nog terug brengen tot ‘zijn kern’, maar van een levende vriend weet je nooit hoe hij nu weer zal reageren. Alleen een dode vriend, is een ideale vriend. 

Nietzsche was, in tegenstelling tot de eerder besproken denkers, niet op zoek naar de essentie van vriendschap. Precies omdat je dan de werkelijke vriendschap uit het oog verliest. Volgens hem is het denken over vriendschap trouwens exemplarisch voor de hele westerse filosofie. Die is altijd op zoek naar het wezen, de essentie, de kern en gaat zo voorbij aan onze ervaringswereld waarin nu juist niets of niemand in zijn ideale vorm verschijnt.

Dat zoeken naar het wezen is volgens Nietzsche dan ook gevaarlijk. Voor je het weet ben je teleurgesteld in de wereld om je heen omdat je daar die idealen niet kunt vinden die je meent te moeten nastreven, zoals mij inderdaad was overkomen met vriendschap.

Best Buddies
Keith Haring

Gelukkig leven mijn vrienden nog en zijn ze verre van ideaal. We zijn allemaal imperfecte wezens die maar wat aanrommelen. Soms wordt al dat gerommel je te veel en dan is het fijn om samen aan te rommelen. Daar heb je vrienden voor.

Paul van Tongeren (2021) Doodgewone vrienden. Nadenken over vriendschap. Amsterdam: Boom.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.