Category

Omgaan met mensen

Vrolijkheid

By Omgaan met mensen
Het werk van fotograaf JR

In het Groninger Museum is op dit moment een erg mooie expositie van het werk van de Franse fotograaf JR. De tentoonstelling volgt de ontwikkeling van deze kunstenaar.

JR begon als graffiti-artiest. Maar toen hij een fotocamera vond in de Parijse metro, ging hij zijn graffiti-vrienden fotograferen terwijl ze aan het werk waren. Graffiti’s staan vaak op onmogelijke plekken en het is mooi om te zien wat voor capriolen de straatartiesten uit haalden om hun graffiti’s te kunnen zetten.

Na de rellen in de Parijse banlieues van 2005 ging JR jongens en meisjes in deze wijken fotograferen. De camera die hij had gevonden had een 28 millimeter groothoeklens. Om alleen de hoofden erop te krijgen, moest hij daarom van heel dichtbij fotograferen. Het beeld vertekende daardoor een beetje, de koppen trokken bol. Bovendien vroeg hij zijn modellen om gekke bekken te trekken.

De foto’s die hij zo maakte printte hij heel groot uit en hij plakte ze op de muren van gebouwen in de betere wijken van Parijs. Ze zijn ontzettend vrolijk. Zo wist hij een heel ander beeld neer te zetten van de jongens en meisjes uit de banlieues.

Weer later ging hij naar Israël. Hij maakte op dezelfde manier foto’s van Palestijnen en Israëliërs en stelde deze ook weer super groot tentoon in verschillende steden aan weerszijden van de muur die de twee kampen scheidt.

Het zijn ook weer prachtige, grappige gezichten. En de films die de vrolijke reacties van de voorbijgangers op de gigantische gezichten vastleggen, zijn bijzonder ontroerend.

Een ander project van JR was een immens grote foto van een klein Mexicaans jongetje dat over de muur kijkt die Trump liet bouwen tussen Amerika en Mexico.

Het concept van JR is eigenlijk tamelijk simpel, maar het werkt ontzettend goed. En hij weet op de een of andere manier steeds weer het juiste te doen op de juiste plek.

Ik was trouwens in Groningen omdat ik op de nacht van de filosofie van Groningen moest spreken. De volgende dag was de nacht van de filosofie van Leeuwarden. Toen heb ik ook maar het Fries Museum bezocht.

Daar was een expositie met schilderijen van impressionisten. Heel mooi natuurlijk, maar lang niet zo ontroerend als het werk van JR. Gelukkig was er ook in Leeuwarden een hoogtepunt. Heel letterlijk. Op de bovenste etage. Daar heb je een prachtig uitzicht over de stad.

Ga naar de JR Chronicles in het Groninger Museum

Of naar het Fries Museum

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Clichés

By Omgaan met mensen
Waarom ze absoluut belangrijk zijn

Clichés hebben een slechte naam. Je kunt dan ook heel makkelijk iemand in een gesprek afmaken door te zeggen: ‘Ja, maar dat is een cliché’ (al is die uitspraak zelf natuurlijk inmiddels ook een cliché).

Ik sprak er ooit socioloog Anton Zijderveld over die het boek schreef Over clichés. De smeerolie van onze samenleving. Volgens Zijderveld kunnen we niet zonder clichés. Wat is een cliché?

Een cliché is een menselijke uiting waarvan de betekenis op de achtergrond is getreden en de functie voorop staat. Ooit was de uitspraak wel betekenisvol – doordat het een pittige uitspraak was –, maar sinds die massaal is overgenomen is de betekenis dus naar de achtergrond verdwenen.

Zijderveld: ‘Neem het woordje ‘absoluut’. Je hoort het erg veel. Ik betrapte mezelf er laatst ook op dat ik het in de mond nam. Als iemand iets beweert dan antwoord je met ‘absoluut’. De betekenis speelt nog nauwelijks een rol. Dat zou ook niet kunnen, want er is bijna niets absoluut. Eigenlijk is alleen God absoluut en het is maar de vraag of die bestaat. Met ‘absoluut’ geef je aan dat je aan de kant van de spreker staat en dat hij mag doorpraten. Dat is de functie.’

Volgens Zijderveld hoeven clichés niet alleen talig te zijn. Een spijkerbroek is ook een cliché. Dit kledingstuk symboliseerde in de jaren zestig de waarden van de tegencultuur. Een echt democratisch kledingstuk dat zich niets aantrok van de grenzen tussen klassen en seksen. Nu is het een van de meest betekenisloze kledingstukken denkbaar. De symbolische betekenis is verloren gegaan en het is vooral nog een signaal voor informeel.

Er schuilt ook wel een gevaar in het cliché. Zijderveld: ‘Ze kunnen gebruikt worden als een retorische truc. Ze zijn in staat emoties op te roepen en de reflectie te passeren. Door clichés te gebruiken kun je mensen meenemen op je woorden zonder dat ze over de inhoud nadenken. Ideologen en dictators maken er graag gebruik van. Joseph Goebbels was er een meester in. Dergelijke gevaarlijke clichés moet je proberen door te prikken. Dat is een van de belangrijkste taken van docenten.’ 

Dat neemt niet weg dat we in onze dagelijkse conversaties niet zonder clichés kunnen. Gesprekken met mensen die koste wat kost clichés willen vermijden, zijn vreselijk. Net als mensen die elke cliché willen doorprikken. Je moet niet vragen ‘wat bedoel je daar precies mee?’ Want je bedoelt er bijna niets mee. De meeste conversaties beginnen met het uitwisselen van enkele clichés – om het gesprek op gang te brengen – in de hoop uiteindelijk misschien wat dieper te komen.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

De absurde held

By Omgaan met mensen
Tegen een plantaan in Zuid-Frankrijk

Op 4 januari 1960 stapt Albert Camus bij een vriend in de auto. Ze zijn in het zuiden van Frankrijk en gaan op weg naar Parijs. Een paar uur later rijden ze tegen een plataan. Camus is op slag dood. In zijn zak zit een enkeltje Parijs. Hij was van plan met de trein te gaan, maar zijn vriend wist hem over te halen om mee te gaan met de auto. Camus had wel eens gezegd dat niets zo absurd is als omkomen bij een auto-ongeluk. Hij had ongelijk, er bleek nog iets absurders te bestaan: omkomen bij een auto-ongeluk met een geldig treinkaartje op zak.

Zijn dood lijkt zo wel een perfecte demonstratie van zijn eigen filosofie. Het leven is absurd, beweert Camus, omdat we nooit de zin ervan zullen achterhalen. Het universum is redeloos en beantwoordt onze levensvragen slechts met een eeuwig zwijgen.

Camus beschrijft het absurde universum niet alleen in filosofische werken, maar ook in romans en toneelstukken. Wanneer hij in 1942 debuteert met de roman De vreemdeling is hij direct een bekend schrijver. Het hoofdpersonage schiet op een Algerijns strand – Camus groeide zelf op in een arm gezin in Algerije – iemand dood. Waarom precies is niet duidelijk. Waarschijnlijk door de toevallige flikkering van de zon in zijn ogen.. 

Kan het absurder? In datzelfde jaar verschijnt zijn filosofische werk De mythe van Sisyfus. In de klassieke mythe moet Sisyfus elke dag een steen de berg op rollen die er ’s avonds weer afrolt en zo eindeloos door. Dat lijkt het ergste wat er is, maar in wezen verschilt ons leven niet zoveel van dat van Sisyfus.

Wij zijn ook ons hele leven aan het ploeteren zonder dat precies duidelijk is waarom. Camus meent dat Sisyfus, net als wij, een gelukkig mens kan worden. Hij kan inzien dat zijn leven absurd en zinloos is en toch voldoening halen uit het feit dat hij zo sterk is dat hij die zware steen de berg op heeft gekregen. Hij moet zich vol overgave op dit absurde leven storten.

De meeste mensen zijn echter niet bereid het absurde onder ogen te zien. Die verschuilen zich achter redelijke verhalen, zoals die van religies, waarin beweerd wordt dat het leven wel zin heeft en het universum redelijk in elkaar steekt. Juist uit dergelijke leugens komt veel lijden voort. Uit naam van religie en van het betere leven dat je hierna in de hemel krijgt, zijn hier op aarde de vreselijkste dingen gedaan.

De absurde held, zo beweerd Camus in De mens in opstand uit 1951, erkent dat het leven absurd is, maar komt toch in opstand tegen het absurde. Hij verzet zich door anderen te helpen, solidair te zijn met de zwakkeren, de gevolgen van natuurrampen te bestrijden, onrechtvaardige politieke systemen omver te gooien, ga zo maar door. In zijn roman De Pest is het hoofdpersonage zo’n absurde held. Hij is arts en wanneer in de Algerijnse stad Oran de pest uitbreekt, doet hij, met gevaar voor eigen leven, zijn uiterste best de ziekte te bestrijden.

Net als de absurde held stortte ook Camus zelf zich vol overgave in het leven. Soms door fysieke daadkracht, in de Tweede Wereldoorlog was hij actief in het verzet, maar vooral door het schrijven van romans, toneelstukken, journalistieke artikelen en filosofische werken.

Aan al die activiteiten kwam dus een plotseling en absurd einde bij die plataan langs de route nationale tussen Champingny-sur-Yonne en Villeneuve-la-Guyard. Bij nader inzien lijkt zijn dood misschien zelfs iets te goed bij zijn filosofie te passen. Het is bijna alsof er een bedoeling achter zit: de filosoof van het absurde sterft absurd. In zijn geval was het misschien wel veel absurder geweest als hij een doodnormale dood was gestorven; als hij tamelijk oud was geworden en na een kort ziektebed vredig in zijn slaap was overleden.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Oekraïne

By Omgaan met de wereld, Omgaan met mensen
Grafsteen voor mijn oma

Ik heb een vriend, Marian, die uit Oekraïne komt. Op zijn 14e is hij met zijn familie verhuisd naar Portugal. Als ik met hem over Oekraïne praat, benadrukt hij vooral wat een slecht georganiseerd land het is. Je kunt er van een gewone baan nauwelijks rondkomen en daardoor steken veel mensen noodgedwongen hun neus in snode praktijken of verhuizen naar landen waar meer kansen zijn.

Marian vertelde mij twee weken geleden dat hij van plan was met zijn vader naar Oekraïne te gaan om er een appartement te verkopen dat nog van zijn familie is. Dat appartement bevindt zich in de stad Kalush. Ooit een redelijk welvarende stad door de chemische industrie die veel werk opleverde. Maar toen de Sovjet Unie uiteenviel, viel ook de afzetmarkt weg en werd die industrie waardeloos.

Sindsdien gaat het slecht met Kalush. Er is geen werk en het is, door de zware chemische industrie van weleer, bijzonder ongezond om er te wonen. Het appartement dat ze er bezitten is nu hoogstens 4000 euro waard. Toch willen ze het verkopen, want van de opbrengst willen ze een grafsteen kopen voor het graf van zijn oma.

Dat het land zo hopeloos verdeeld is tussen pro-Russische en pro-Westerse inwoners, komt volgens Marian vooral doordat Stalin de grenzen tamelijk lukraak heeft getrokken. Je zou misschien denken dat als mensen maar lang genoeg samen leven er wel een soort eenheid ontstaat, maar het blijkt toch vaak, zoals je ook in delen van Afrika ziet, dat het nog lang tot problemen leidt wanneer je grenzen met een liniaal trekt.

Toen ik mijn vriend twee weken geleden sprak, vroeg ik hem wat er volgens hem zou gebeuren nu de legers van Poetin aan de grens stonden van Oekraïne. Zijn antwoord was: ‘Helemaal niets’. Hij meende dat Rusland zou blijven dreigen met een oorlog en Oekraïne nooit lid zal worden van de NAVO.

Hoewel zijn visie iets uitzichtloos had, ging er voor mij toch een geruststellende werking vanuit. En ik zag op dat moment direct in dat hij wel gelijk moest hebben. Ik sprak hem gisterenavond even over de telefoon. Hij was totaal van de kaart. Over het appartement had hij het niet, maar wel over neven en nichten die hij probeerde te bereiken. Hij was opzoek naar mogelijkheden om hulp te bieden. Hij wilde geld geven, maar had nog geen manier gevonden om dat veilig te doen. Zodra hij het wist, zou hij het me laten weten. Hij raadde mij wel aan om vandaag te gaan demonstreren tegen Poetin. Die demonstratie is tussen 14 en 16 uur op de Dam in Amsterdam. 

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Waarom witte mannen (soms) hun mond moeten open doen

By Omgaan met mensen
Terwijl ze die meestal dicht moeten houden

Als ik vertel dat ik een boek schrijf over ijdelheid of over inconsequentialisme, vragen mensen mij nooit waarom ik juist dat boek schrijf. Maar nu ik een boek over feminisme voor mannen schrijf, krijg ik voortdurend die vraag. Sommigen worden zelfs boos en zeggen dat ik me dat onderwerp niet moet toe-eigenen.

Daar ben ik het niet helemaal mee eens. Bij bijna alle andere onderwerpen wel. Want daar zijn het vooral mannen die er iets over zeggen. En inderdaad, daar zouden die mannen misschien eens hun mond kunnen houden om plaats te maken voor vrouwen. Maar als het gaat om feminisme zijn het vooral vrouwen die er over schrijven en spreken.

Terwijl het juist bij dit onderwerp belangrijk is dat mannen zich er ook over uitspreken. De problemen die er nog steeds zijn – orgasmekloof, #MeToo, glazenplafond, enzovoorts – komen misschien wel vooral door mannen. De mentaliteit van veel mannen zal moeten veranderen. Dus het is van het grootste belang dat mannen, als het over dit onderwerp gaat, juist wel hun mond open doen.

Daarom was ik verbaasd toen er zoveel kritiek kwam op Joris Luyendijk en zijn nieuwe boek De zeven vinkjes. Hoe mannen als ik de baas spelen. Luyendijk ontdekte dat hij het als witte, hoogopgeleide, heteroseksuele man altijd heel makkelijk heeft gehad.

Hij laat zien dat hij door zijn uitgangspositie de indruk had dat je gewoon hard moet werken om succesvol te zijn. Voor mannen zoals hij is het lastig om in te zien dat anderen, die niet alle zeven vinkjes hebben, het veel moeilijker hebben.

Er was veel kritiek op Luyendijk, omdat hij hier pas laat achter zou zijn gekomen en omdat hij als witte man nu de aandacht trekt met een onderwerp, white privilege, dat al eerder door mensen als Gloria Wekker is beschreven.

Dat hij er pas laat achter is gekomen, is waar, Luyendijk is 50. Maar goed, er zijn natuurlijk veel meer witte mannen die het nog steeds niet zien en van die mannen die het wel zien, spreken zich er maar weinig uit. Bovendien: beter laat dan nooit. Dat hij een onderwerp kaapt, klopt ook niet helemaal. Hij geeft in zijn boek wel degelijk de mensen die het verdienen de credits.

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

3 redenen waarom alle mannen feminist moeten worden

By Omgaan met mensen
En de rest van de mensen trouwens ook

Reden 1: Omdat mannen dat aan vrouwen verplicht zijn
Kijk naar de recente onthullingen over het misbruik in het programma The Voice of Holland, waardoor in Nederland de #metoo-discussie weer flink oplaaide. Gisteren stond daarover een interessant stuk in de Volkskrant van Maartje Laterveer.

Deze journalist wijst erop dat we nu vooral op de incidenten gericht zijn, maar dat daar achter een maatschappelijk patroon schuil gaat. Ze schrijft: ‘Zo wordt van een vrouw verwacht dat ze lief is en zorgzaam en mooi, en van een man dat hij onafhankelijk is, ambitieus en stoer. Van een man verwachten we bovendien dat hij graag de bloemetjes buiten zet, terwijl een vrouw nog altijd wordt geacht kuis te wachten tot ze veroverd wordt door haar prins.’

De scheve verhoudingen tussen mannen en vrouwen zitten ingebakken in onze cultuur. Het zijn dus niet alleen Ali B. en Jeroen Rietbergen die fout zijn, maar iedereen is een beetje schuldig. Ik weet uit eigen ervaring dat wanneer ik alleen met mannen ben, er vaak grappen gemaakt worden over vrouwen en die grappen bevestigen bovenstaande vooroordelen. Sinds ik De Tweede Sekse van Simone de Beauvoir heb gelezen, waarin zij de mythes over mannen en vrouwen blootlegt, valt dit mij steeds meer op. Lachte ik vroeger vrolijk mee, nu doe ik dat niet meer, maar ik vind het nog wel lastig er tegenin te gaan.

Het is dus belangrijk dat meer mannen zich inlezen in de feministische literatuur, waardoor ze niet meer meelachen of zich zelfs gaan uitspreken, juist ook omdat het nog steeds zo is dat mannen veel onder mannen zijn waardoor ze bij uitstek in de gelegenheid zijn andere mannen op te voeden.

Reden 2: Omdat het voor mannen zelf ook veel fijner is als mannen en vrouwen ‘gelijker’ zijn
Als er in zijn algemeenheid al een verschil zou zijn tussen het gedrag en de voorkeuren van mannen en vrouwen (zie mijn eerdere blog over dit onderwerp), dan nog is het duidelijk dat er mannen zijn die ervan houden om dingen te doen die als typisch vrouwelijk bekendstaan en andersom.

Uit verschillende onderzoeken blijkt dat mannen die het leuk vinden om een beroep uit te oefenen dat als typisch vrouwelijk bekendstaat, daar vaak pas via een omweg achterkomen. Bij de school-, studie, en beroepsadviezen die zij krijgen spelen die vooroordelen blijkbaar een grote rol en zo kan het gebeuren dat veel jongens pas na verschillende mislukte studietrajecten ontdekken dat ze graag een sociaal beroep willen uitoefenen.

En dat geldt niet alleen voor je beroep, maar voor alles wat je doet. Het is voor mannen gewoon fijner als er minder verwachtingen zijn over hun gedrag en voorkeuren, zodat ze beter kunnen ontdekken wat hen ligt.

Reden 3: Omdat feministische mannen zich een minder slechte minnaar voelen wanneer ze seks hebben met vrouwen
Feministische mannen hebben zich verdiept in vrouwelijke seksualiteit. Daarom weten ze dat heel weinig vrouwen klaarkomen door penetratie. Dat is fijn om te weten.

Want veel mensen denken iets anders. Kijk maar naar de meeste films en series. Als daarin seksscènes voorkomen, wordt bijna altijd de suggestie gewekt dat de man de vrouw penetreert en dat ze vervolgens tegelijk klaarkomen. Toen ik met seks begon en mij dat op die manier niet lukte, dacht ik dus dat ik iets fout deed. Dat maakte me erg onzeker. Tegelijkertijd was het not done om daar al te onzeker over te doen. Nu weet ik gelukkig beter.

Er zijn nog veel en veel meer redenen te noemen waarom alle mannen feminist zouden moeten worden. Op dit moment ben ik bezig met een boek met als werktitel Feminisme voor mannen (eigenlijk zou Feminisme voor mensen of Feminisme voor wezens misschien wel beter zijn). Dus ik zal de komende tijd nog wel eens op dit onderwerp terugkomen. 

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Wereldvrede begint bij broederliefde

By Omgaan met de wereld, Omgaan met mensen
‘Imagine there’s no countries, It isn’t hard to do, Nothing to kill or die for, And no religion, too, Imagine all the people living life in peace’

Zong John Lennon. Ja, leven in een wereld waarin iedereen met elkaar verbroederd is, dat klinkt mooi.  Maar…verbroederd? En zusters dan? En dieren? En de planten? Het gaat meteen al mis.

En als ik er nog langer over nadenk, vraag ik me af, is broederschap wel echt zo fantastisch? Ik moet denken aan mijn eigen broers. Ik heb er drie. Alle drie zijn ze ouder. In mijn jeugd gedroegen we ons erg gebroederlijk. Dat merkte ik vooral toen ik naar de kleuterschool ging. Die zat in hetzelfde gebouw als de lagere school waar mijn broers op zaten. Andere kinderen durfden mij niets aan te doen, want dan kwamen mijn grote broers mij te hulp. Zelfs als ik tegen een klasgenoot niet zo aardig was geweest, stonden mijn broers aan mijn kant.

Maar het gekke was, zodra er geen gemeenschappelijke vijand was, was die verbondenheid plotseling voorbij. Dan was er juist regelmatig ruzie. Later heb ik daar mijn werk van gemaakt. Met mijn jongste broer Maarten, die dus ouder is dan ik, ben ik het duo begonnen: de Gebroeders Meester.

Ik werd een keer gevraagd om voor een filosofisch café in Utrecht boeken te bespreken. Ik zat er over te denken hoe ik dat aan zou pakken en toen stelde Valerie (mijn vrouw) voor het samen met Maarten te doen: ‘Jullie zijn het vaak met elkaar oneens, en het probleem bij een boekrecensie is altijd dat je maar een mening krijgt, die erg persoonlijk is. Op deze manier krijgt het publiek de meest uiteenlopende meningen over een boek te horen en kan het zelf een oordeel vellen.’

Dat was een gouden plan, de formule sloeg aan. Er was al snel een uitgever die ons vroeg een boek te schrijven volgens hetzelfde concept. Over de geschiedenis van de filosofie. We hebben uiteindelijk vier boeken geschreven, we kregen een column in de Volkskrant. En ik moet zeggen, de samenwerking werkte ook therapeutisch. Doordat we op het podium ruzie konden maken, hoefden we dat in het echt niet meer te doen. En tenslotte was onze strijd op het podium ook uitgestreden, doordat we het steeds meer met elkaar eens werden.

Toch werpt dit verhaal over mijn broer een beetje treurig licht op broederschap. Ik moet dan denken aan een beroemd Arabisch gezegde:

‘Ik tegen mijn broers, ik en mijn broer tegen mijn neven, ik en mijn broers en mijn neven tegen het dorp, ik en mijn broers en mijn neven en het dorp tegen de wereld.’

Immanuel Kant geloofde net als Lennon in wereldvrede

De Duitse filosoof Immanuel Kant (1724-1804) dacht ook al na over broederschap. Hij schreef het beroemd geworden boek Naar de eeuwige vrede, wat je met een beetje fantasie als een voorloper zou kunnen zien van John Lennons lied. Kant had heel veel vertrouwen in de mensheid en dacht dat het mogelijk was dat alle volkeren op aarde zich met elkaar zouden verbroederen en dat er dan eeuwige vrede zou komen onder de wereldburgers. Als we allemaal maar onze rede zouden gebruiken, dan kwam het wel goed.

Kant heeft van latere filosofen zoals Carl Schmitt (1888-1985) veel kritiek gekregen. Schmitt meende dat die universele verbroedering van Kant een abstract monster is. Het was volgens hem beter om te erkennen dat in de praktijk elke samenleving nu eenmaal vijanden heeft, dan er naar te streven dat alle mensen broeders worden. Want voor je het weet ben je in naam van de mensheid gruwelijke oorlogen aan het uitvechten.

En misschien moet je Schmitt ook wel een beetje gelijk geven, als je bijvoorbeeld kijkt naar de slavernij. Die werd goedgepraat met het argument dat zwarten minder redelijke vermogens bezaten dan witten, dus dat je je daarom niet met hen hoefde te verbroederen en ze zelfs wel als slaaf kon houden. Tja, wie heeft er gelijk?

Is verbroedering of verzustering van alle mensen, dieren en de rest van de organismen op de wereld mogelijk? Of kunnen we eigenlijk niet zonder een gemeenschappelijke vijand?

Misschien is het al heel wat als we ons gedrag naar die vijand toe weten te beperken tot een beetje gescheld. Zodat we verder bloedvergieten kunnen voorkomen. En dan kunnen we ons ondertussen afvragen hoe we zoveel mogelijk wezens tot onze medewezens kunnen rekenen?

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van Buro Fludo.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

 

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Vrouw met erectie

By Omgaan met mensen
De ontdekking van de clitoris

Wist je dat pas in 1998 de clitoris als zelfstandig orgaan ‘ontdekt’ is? Dat kwam door het baanbrekende werk van de Australische uroloog Helen O’Connell (de eerste vrouwelijke uroloog van Australië). Zo laat pas! Hoe is dat mogelijk?

Terwijl er al sinds eeuwen in lichamen wordt gesneden. Denk aan het beroemde schilderij Van Rembrandt De anatomische les van Dr. Nicolaes Tulp uit 1631. Op dit schilderij staan alleen maar mannen. Waarschijnlijk komt het doordat wetenschappers – en dat zijn vaak de mensen die in lichamen snijden – meestal mannen zijn en mannen vooral geïnteresseerd zijn in mannendingen. 

Sowieso stond vrouwelijke seksualiteit lang nauwelijks in de belangstelling en is die nog steeds onderbelicht (zie blog Hoe krijgen we de orgasmekloof dicht?). En zo kon het dus gebeuren dat pas in 1998 de clitoris werd ontdekt.

En dat is nog eens extra wonderlijk als je ziet wat een groot apparaat het is. Er steekt maar een klein stukje uit, maar een clitoris is gemiddeld zeven tot twaalf centimeter lang. Eigenlijk zijn de clitoris en de penis vrijwel hetzelfde. In een vrouwelijk embryo vormt de clitoris zich uit hetzelfde weefsel waaruit zich bij de man de piemel ontwikkelt. 

Het deel van de clitoris dat uitwendig is, wordt de glans genoemd en dat is wat bij de man de eikel is, al wordt de eikel ook wel glans genoemd. Die vrouwelijke glans is net als de eikel bedekt met een stukje huid. Als een vrouw opgewonden raakt, vult de clitoris zich met bloed en zwelt die op. Een vrouw krijgt dus ook een erectie. En net als bij de man komt een orgasme makkelijker en is het fijner als alles goed met bloed gevuld is.

Ik heb al vaak gelezen dat biologen zich afvragen wat het nut is van het vrouwelijk orgasme. Dat is ook weer zoiets wonderlijks. Natuurlijk, als de man niet klaarkomt, komt er geen sperma naar buiten (ejaculatie) en komen er geen kinderen, terwijl het orgasme van de vrouw daarvoor niet nodig is. Maar goed, dan is het mannelijk orgasme ook niet nodig, want eigenlijk gaat het alleen om de mannelijke ejaculatie.

Maar het is toch overduidelijk dat de productie van nageslacht gebaat is bij zowel mannelijk als vrouwelijk plezier in seks. Achter die vraag naar het nut van het vrouwelijke orgasme lijken allerlei vreemde veronderstellingen te zitten, bijvoorbeeld dat de man altijd de actieve rol speelt (hij is uit op genot) en de vrouw de passieve (zij ondergaat dat). En los daarvan is het de vraag of de productie van nageslacht het enige nuttige is, plezier kan ook nuttig zijn en misschien wordt nut sowieso wel erg overschat. 

foto: Valerie Granberg

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Prinsjes en prinsesjes

By Omgaan met mensen
Een monocausale verklaring

Een paar weken geleden vroeg ik jullie om onderwerpen voor mijn blogs. Ik heb heel veel leuke vragen ontvangen. En deze keer wil ik een vraag van Manna bespreken.

Zij vraagt zich af hoe het komt dat in deze tijd ouders hun eigen kind steeds meer in het middelpunt van de wereld plaatsen. Of, om het extreem te stellen: ‘Waarom worden er alleen nog maar prinsjes en prinsesjes geboren?’

Ik vind het een interessante vraag. Laat ik er voor het gemak vanuit gaan dat Manna gelijk heeft, hoe zou het dan komen? Wat zou de oorzaak kunnen zijn? Zoals ik in mijn boek Waarom we de wereld niet rond kunnen krijgen. Pleidooi voor inconsequentie beschrijf (dat ik overigens aan het enige echte prinsesje heb opgedragen: mijn kleindochter), is er eigenlijk nooit één verklaring voor welk fenomeen dan ook, hoe graag we dat ook zouden willen (want dat is lekker overzichtelijk). Oftewel: niets heeft een monocausale verklaring en alles een multicausale. 

Nou ja niets, in dit geval lijkt me dat er nu eens wel één duidelijke oorzaak aan te wijzen is (waarmee ik mijn eigen inconsequentialisme alleen maar bevestig). De oorzaak voor al die prinsjes en prinsesjes is de pil. Die heeft ons namelijk de mogelijkheid gegeven om geen kinderen te krijgen en daarmee is de keuze voor kinderen een bewuste keuze geworden. Kinderen krijgen is niet meer iets waar je (bijna) niets aan kunt doen en wat je overkomt. Nee, kinderen krijgen is iets waarvoor je echt kiest, tenminste, zo voelt het voor de meeste mensen.

En als je ergens bewust voor hebt gekozen, dan moet het ook leuk en goed zijn. Dan moet dat kind niet zomaar een opvoeding krijgen, maar de allerbeste die er is. ‘Je wilt het beste voor je kind,’ zoals de beroemde reclameleus luidt. En zo komt het dus dat er heel veel prinsjes en prinsesjes zijn.

En nu ik er zo over denk, is er toch nog wel een andere oorzaak te bedenken, namelijk het feit dat we steeds meer leven in een posttraditionele samenleving. Sinds de Verlichting in de 18e eeuw, de tijd van rede en wetenschap, gaat het minder en minder om tradities die toevallig historisch gegroeid zijn, en meer en meer om wat redelijk is. En sinds de jaren zestig van de vorige eeuw heeft dit principe een sneltreinvaart genomen.

Traditionele manieren van opvoeden verdwijnen daarmee dus ook. De typische vader- en moederrol, om maar iets te noemen, zijn niet meer vanzelfsprekend. De vaste, van bovenaf opgelegde structuren waarin kinderen groot worden gebracht zijn aan het verdwijnen en het gaat steeds meer om het specifieke kind. Ouders proberen naar het kind te luisteren en vanuit het kind te denken. Dat draagt natuurlijk ook bij aan al die prinsjes en prinsesjes.

En nu ik er zo over nadenk, zijn er nog wel meer oorzaken. Zoals de democratisering van het geniebegrip in de jaren 60. Daar kom ik later nog een keer op terug. 

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.

Biodanza

By Omgaan met mensen
Speel je rol met verve

Onlangs vertelde een Portugese vriend dat hij op biodanza zit. Ik had er wel eens over gehoord, dat het vooral een beetje zweverig dansen is met veel elkaar aanraken. Hij vroeg of ik een keertje mee wilde gaan. En ik dacht: ‘waarom niet?’

Het was in een oud verenigingsgebouw in een dorpje buiten Lissabon. De groep bestond uit achttien mensen van uiteenlopende leeftijden. De les begon zittend in een kring, waarbij we elkaars hand vasthielden. De docent vertelde dat het bij biodanza niet zoveel uitmaakt wat je doet, alles is goed, zolang je maar lekker uit je comfortzone komt. Maar voordat we zouden gaan dansen en zingen, gingen we eerst praten over de vorige lessen. Als je klaar was met spreken kreeg je van degene naast je een flinke knuffel.

Daarna werden de stoelen aan de kant gezet, en gingen we in een kring staan, we moesten weer elkaars handen vasthouden. De man naast me, een lange knappe Braziliaan wreef liefdevol met zijn duim over de rug van mijn hand. De muziek ging aan, I can get no satisfaction, van de Rolling Stones. We gingen een beetje heen en weer wiegen en het was de bedoeling dat om de beurt iemand in het midden van de kring stapte om daar zo gek mogelijk te gaan dansen.

Toen ik aan de beurt was begon ik te springen, te draaien, met mijn armen te zwaaien, en mijn benen te zwiepen. Misschien was het omdat het juist zo over de top moest zijn, dat ik er geen moeite mee had om helemaal los te gaan. Ik kreeg dan ook veel waardering van de toeschouwers die flink begonnen te juichen toen ik klaar was.

De andere biodanzers deden sowieso erg hun best te laten zien dat ze iedereen ontzettend waardeerden en mij dus ook. Dat gaf me extra zelfvertrouwen om dat vertrouwen ook weer terug te geven. En hoewel ik ze in het begin een beetje irritant had gevonden, waarschijnlijk ook omdat het gewoon spannend was, vond ik ze nu juist allemaal heel lief. En het werkte. Ik danste wild mee, stond gearmd met een vrouw terwijl we luisterden naar de instructies van de docent en masseerde de rug van een man die zich lekker liet gaan door er flink bij te zuchten.

Achteraf praatte ik nog wat na met mijn vriend en een andere danser. Die vertelde me dat hij het zo knap vond dat ik meteen zo lekker los ging. Hijzelf had daar wel een paar lessen voor nodig gehad. Ook kwam de zuchtende man nog even ter sprake. Er werd met veel respect over hem gesproken. Hij deed namelijk al heel lang biodanza en was erg goed. Ik vroeg me af wat dat betekende om erg goed te zijn in biodanza. Alles was immers goed, toch? Kwam de zuchtende man dan heel goed uit zijn comfortzone? Tegelijkertijd leek hij juist erg op z’n gemak. Kon dat samen gaan?

En ik dacht na over mijn eigen rol. Ik speelde dat ik me heel vrij voelde. En doordat iedereen daar enthousiast op reageerde, kwam ik ook nog eens beter in mijn rol.

Was de zuchtende man misschien zo goed, omdat hij geen rol meer speelde? Ik keek nog eens naar hem. Hij stond afscheid te nemen van de docent. Ik herkende hem bijna niet. Hij had een bril op en een aktetas onder zijn arm. Een onopvallende man die net van zijn werk kwam.

Hij speelde ook een rol, dat kon niet anders, maar hij voelde zich waarschijnlijk heel erg thuis in die rol en speelde hem met veel gemak. Misschien geloofde hij vooral erg in zijn rol. Dat is wat mij die avond ook een beetje overkomen was. Naarmate ik beter in mijn rol kwam, ging ik er meer in geloven. Ik zette mijn vriendelijkste gezicht op als ik de dansers om de beurt diep in de ogen moest kijken, en ik begon ze ook echt vriendelijk te vinden. Dat is wat ik al dansend leerde: Je moet je rol serieus nemen. Of zoals Epictetus, een Griekse filosoof uit de eerste eeuw na Christus, het verwoordde:

Vergeet niet dat je een toneelspeler bent in een stuk waarvan de schrijver de plot heeft bepaald. Hij bepaalt hoe lang of kort de duur van je optreden is en als hij wil dat je een arme sloeber speelt heb je maar te zorgen dat je zo’n figuur met verve uitbeeldt. Wat de rol ook is, een mankepoot, magistraat of burgerman, het is jouw enige taak om daar een fraaie creatie van te maken, de setting bepaalt een ander.’

Frank Meester is buitengewoon afdelingshoofd van BURO FLUDO.
Hij bedenkt manieren om met behulp van de filosofie
het leven iets minder ellendig te maken.

Elke week versgetypte levenstips ontvangen?
Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief



Wil je meer BURO FLUDO?
Misschien is een cursus dan iets voor jou!

Nieuw: De BURO FLUDO kadobon!

Wist je dat je nu ook een proefles kunt doen? Je kunt je aanmelden op de cursussenpagina

Opvoedboeken

Samen met Stine Jensen schreef ik twee opvoedboeken. Één voor ouders: De opvoeders. wat de filosofie de schipperende ouder kan leren en één voor kinderen: Hoe voed ik mijn ouders op? Een boek vol tips waarmee kinderen hun onopgevoede ouders een beetje kunnen helpen. Je vindt de boeken op de leuke dingen-pagina.

Vraag het Frank

Heb je een filosofische vraag? Dan kun je die aan mij stellen. Stuur me een berichtje via de contactpagina. Wie weet behandel ik je vraag in een van mijn vlogs.